De studententijd is een heel cruciale fase waarin jongeren belangrijke keuzes maken en tegelijk lijkt dit het moment waarop we ze als kerk uit het oog verliezen. Studenten zijn een ongrijpbare doelgroep en vaak raken ze ‘kwijt’. Dorina Nauta, relatiemanager Jeugd & Discipelschap bij MissieNederland, vertelt wat we hieraan kunnen doen.
Er verandert veel als je gaat studeren. Het begint met het kiezen van een studierichting. Hopelijk is het de juiste keuze geweest, want anders kost het ontzettend veel geld. Je verhuist naar een nieuwe stad waar je niemand kent met een kleine boedelbak vol gekregen spulletjes. Het thuisfront heeft je geholpen en laat je nu alleen. Daar zit je dan: op je nieuwe studentenkamertje. Het schooljaar begint en je rolt van het een in het ander. De wereld ligt open en je bepaalt zelf wat je wel en niet doet. Er worden vragen gesteld bij je geloof. En je begint te twijfelen aan wat je altijd geleerd is. Het zoeken naar je eigen weg is begonnen. Wie ben ik? Waar ben ik goed in? Waar droom ik van? Met wie wil ik mijn leven delen? Wat geloof ik eigenlijk nog? Er ligt voor de kerk een pastorale taak in deze turbulente fase. Dat is niet altijd gemakkelijk, omdat de student de thuisgemeente misschien maar weinig bezoekt.
Een aantal tips voor de gemeente en u persoonlijk:
1. Inventariseer welke studenten in de gemeente vertrokken zijn naar een andere stad om te studeren. Weet u hoe ze heten, wat ze studeren en waar ze wonen? Bezoeken ze de gemeente of gaan ze naar een andere kerk? Zijn ze lid van een (christelijke) studentenvereniging?
2. Een gemakkelijke manier om contact te onderhouden zijn de sociale media. Onderzoek hoe u die kunt inzetten.
3. Nodig een student uit om gezellig aan te schuiven aan tafel. Eten is voor studenten een gemakkelijke manier van contact. Het scheelt geld en moeite om te koken en is voor beide partijen leuk!
4. Wees een mentor voor een student die u kent. Trek samen op en hoor wat er speelt. Dit kan op een hele laagdrempelige manier door een gezamenlijke interesse te delen. U kunt bijvoorbeeld denken aan wandelen, sporten, bezoeken van een evenement, muziek luisteren et cetera.
