Ook in 2016 zullen weer een heel aantal nieuwe gemeentestichtingsprojecten van start gaan. Een bemoedigende ontwikkeling die we toejuichen, maar de vraag is ook of deze focus op de binnenlandse Kerk niet ten koste gaat van onze aandacht voor zending overzee? De tijd is rijp voor een intensieve samenwerking tussen zendingsorganisaties en de pioniersbeweging.
Op het moment is er in Nederland veel aandacht voor de missionaire slagkracht van de kerk. Dit heeft geresulteerd in een grote hoeveelheid nieuwe pioniersplekken. De focus daarvan beperkt zich sterk tot onze eigen grenzen. Dat lijkt ook een logische keuze. In het afgelopen decennium is het aantal Nederlanders dat naar de kerk gaat immers steeds verder afgenomen. De stelling ‘Nederland is zendingsland’ is daarmee steeds beter verdedigbaar.
En ‘Nederland zendingsland’ gaat niet alleen over de blanke Nederlander. Het zendingsveld komt ook naar Nederland toe in de vorm van bijvoorbeeld moslimmigranten uit Syrië, Afghanistan en Iran. Daarnaast hebben we al langer te maken met een grote groep Marokkaanse en Turkse Nederlanders. Voor veel christenen leidt dit tot de overtuiging dat we onze talenten en menskracht het beste in Nederland kunnen inzetten voor de verkondiging van het evangelie.
Exit zendingsorganisaties dus? Nee. MissieNederland gelooft dat zendingsorganisaties en de pioniersbeweging de handen juist ineen moeten slaan. Om zich schouder aan schouder op Nederland te richten, maar ook om samen visie te ontwikkelen voor gebieden ver van ons bed waar nog nauwelijks een christelijk getuigenis is en waar we ook verantwoordelijkheid voor dragen.
Missionaire know-how
We constateren dat de pioniersbeweging iets laat liggen door geen gebruik te maken van de missionaire know-how van zendingsorganisaties. Zendingsorganisaties hebben heel veel kennis in huis als het gaat om cross-cultureel missionair zijn. Ook beschikken ze over ervaren mankracht die ze na afloop van de uitzending kunnen stimuleren zich in te zetten voor het werk in de missionaire pioniersplekken in Nederland. Wat zou het mooi zijn als de Arabisch sprekende zendeling zijn of haar kwaliteiten gebruikt om contacten te leggen met de verschillende migrantengroepen in ons land. Diverse zendingsorganisaties beginnen zich hiervan bewust te worden. Concreet hebben ze helaas nog geen beeld hoe dat in de praktijk zou kunnen werken; hoe bijvoorbeeld de begeleiding en financiering eruit moet zien. Plek is er in elk geval genoeg. Kerkgenootschappen zouden deze zendingswerkers kunnen inzetten in de zogenaamde ‘blinde vlekken’ in Nederland, zoals Brabant, Limburg en de kop van Noord-Holland. Hier is namelijk meestal geen sprake van een moedergemeente die in de directe nabijheid kan adviseren en ondersteunen. Net als op het zendingsveld moet je er vanaf nul beginnen. Het zou mooi zijn als zendingsorganisaties samen met de pioniersbeweging een werkbaar masterplan ontwikkelen.
Uitgeprocedeerd
Zendingsorganisaties zeggen terecht dat pioniers een te ‘beperkt blikveld’ hebben. Pioniers in Nederland zijn vaak gericht op hun eigen wijk of straat en de internationale context is er vaak niet. Het is belangrijk dat missionaire pioniers naast aandacht voor de lokale context tegelijkertijd een visie ontwikkelen voor het bereiken van, in zendingstermen, onbereikte bevolkingsgroepen op aarde. Ook hierbij kunnen zendingsorganisaties een grote rol spelen.
Pioniers kunnen zendingsorganisaties betrekken bij de ondersteuning van uitgeprocedeerde migranten, die in Nederland in hun projecten tot geloof gekomen zijn. Deze migranten kunnen namelijk een belangrijke rol spelen in de missionaire verkondiging onder hun volksgenoten in hun land van herkomst. Zo is er bijvoorbeeld al een kerk in Nederland die uitgeprocedeerde Iraniërs ziet en behandelt als haar zendelingen en ook op zodanige wijze ondersteunt.
Ondernemend en vernieuwend
Andersom laten zendingsorganisaties ook iets liggen als ze geen contact leggen met de pioniersbeweging. Pioniers kunnen de ‘oude’ zendingsorganisaties positief beïnvloeden. Het zijn vaak ondernemende en vernieuwende types die een experiment niet uit de weggaan. Zendingsorganisaties kunnen leren van en geïnspireerd raken door deze werkwijze.
Er zijn grote cultuurverschillen tussen missionaire pioniers in Nederland en zendingsorganisaties. MissieNederland spant zich in om pioniers en kerken dichter bij de zendingsorganisaties te brengen en andersom. Als de kennis en mensen van pioniersplekken en zendingsorganisaties gebundeld worden, dan kunnen er mooie dingen ontstaan, zowel op de ‘blinde vlekken’ in Nederland als over de grens. Het evangelie is voor de hele wereld en de kerk heeft een roeping voor de hele wereld.