Hoe houd je het vol in het tienerwerk? Het antwoord: verwacht het van de Here en alles komt goed! Je krijgt nieuwe kracht, je wordt niet moe, je raakt niet uitgeput (Jesaja 40 vers 28-31).
Dit komt mogelijk over als kort door de bocht, maar het is wel de kern. Moe worden, het (even) niet vol kunnen houden, is helemaal niet vreemd. We zien in de Bijbel diverse voorbeelden van mensen die uitgeput zijn. Mensen die het niet meer vol houden. Ze zijn op, het zat, uitgeblust, moe gestreden.
Bijbelse voorbeelden
Elia is - nadat hij op de Karmel een heftige strijd heeft gestreden met de dienaren van de Baäl - uitgeput en vlucht de woestijn in. Hij wil dan even helemaal niks. Roept zelfs in zijn wanhoop niet eens meer te willen leven (l Koningen 18 vers 20 – 19 vers 18). Johannes de Doper zit op een gegeven moment in de gevangenis. Zijn taak was om mensen op te roepen tot bekering. Hij had Jezus gedoopt en was erbij toen God op bijzondere wijze sprak: “Deze is mijn geliefde”. Maar als hij dan in de gevangenis zit, wordt hij bevangen door twijfels. Wie is Jezus nu werkelijk? Het is allemaal zo anders gegaan dan dat hij had gehoopt (Matteüs 11 vers 2-15 en 3 vers 13-17). Paulus snapt af en toe helemaal niets meer van de gemeente. Hij heeft hen het evangelie zo duidelijk uitgelegd. Heeft intensief met hen samengeleefd en was zeer betrokken. En dan maken ze vervolgens weer van die enorme blunders. Hij bemerkt dat ze totaal niets hebben opgepakt van waar het nu eigenlijk omdraait. Denk maar aan de Korintiërs. Een dilemma over het avondmaal. Onvoorstelbaar wat hij allemaal uit de kast moet halen om de gemeente weer op het goed spoor te krijgen. Daar wordt je toch moe van! (1 Korintiërs 11 vers 17-34)
Energievreters
Ook in het tiener- en jongerenwerk is het af en toe ontzettend zwaar. We hebben de geweldige taak om tieners bekend en vertrouwd te maken met Jezus Christus en hen te leren om naar Zijn bedoeling te leven. De taak blijft natuurlijk geweldig, maar af en toe is het gewoon niet leuk.
De tieners luisteren niet, pakken de boodschap niet op zoals wij dat graag zouden willen, zitten te klieren, roepen dat ze het saai vinden of kijken continu op hun horloge of de tijd al om is. De gezinnen waar ze uitkomen zijn soms zo’n zooitje, dat je meer gezinstherapeut bent dan tienerleider. Of een tiener die Christus heeft leren kennen en zich vervolgens volledig aan Hem heeft toegewijd, blijkt een week later met een nieuwe vriendin het bed in te duiken. Niet echt om vrolijk van te worden.
Ook binnen het team kan het niet lekker lopen. Het is altijd hetzelfde stel dat bijna alles doet en de anderen zijn niet vooruit te branden zijn. Herkenbaar? Het zijn energievreters die ons uitputten en waardoor het moeilijk is om vol te houden.
Breng je lasten bij Jezus
Tijdens een training en ontmoetingsdag voor leiders van Rock Solid, Solid Friends en Youth Alpha hebben we in een workshop stilgestaan bij dit thema. In overeenstemming met de tekst uit Jesaja en Jezus’ woorden dat we tot Hem mogen komen als we vermoeid en belast zijn, inventariseerden we wat ons energie kost. Het is goed om deze dingen bij Christus te brengen. Om het vol te houden is het zelfs een voorwaarde om onze lasten bij Christus te brengen.
Bij Hem alleen hervinden we weer de juiste verhoudingen binnen de taak die ons gegeven is. Het is de Here die het huis bouwt. Het is de Here die de wasdom geeft! Wij planten en begieten alleen.
Wees doelgericht
Jezus zelf hield het vol om dat Hij wist welk doel Hij voor ogen houdt. Om het jeugdwerk vol te houden is het belangrijk dat je visie hebt. Stel je doelen. Pin ze vast. Dan weet je waarom je het doet als het zwaar is.
Droom
Om het vol te houden is het verder goed om te dromen. Wat wil je bereiken met het jongerenwerk? Wat is je motivatie? Neem de tijd om te dromen! En probeer je droom op papier te zetten. Het helpt echt om die droom naast je computer te hangen of in je Bijbel te stoppen, zodat je regelmatig met je droom, je visie geconfronteerd wordt. Een van de meeste bekende dromen is die van Dr Martin Luther King. Hij verwoorde zijn droom op 28 augustus 1963:
“I have a dream that one day the sons of former slaves and the sons of former slave owners will be able to sit down together at the table of brotherhood.
I have a dream that my four little children will one day live in a nation where they will not be judged by the color of their skin but by the content of their character.
I have a dream today.
I have a dream that one day little black boys and black girls will be able to join hands with little white boys and girls and walk together as sisters and brothers.
I have a dream today.”
Let freedom ring. Let it ring from every village and every hamlet, from every state and every city we will be able to speed up that day when all of God´s children, black men and white men, Jews and Gentles, Protestants and Catholics will be able to join hands and sing in the words of that old Negro Spiritual:
Free at last! Free at last:
Thank God almighty, we are free at last!”
