CIO, MissieNederland, Verus en VGS schreven een brief aan de vaste Kamercommissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Zij geven daarin aan dat er grote maatschappelijke onrust is ontstaan over het wetsvoorstel Toezicht informeel onderwijs. Verder vermelden ze de opgedane inzichten uit het rondetafelgesprek met vier hoogleraren en vragen zij de commissie om het wetsvoorstel Toezicht informeel onderwijs niet als oplossing te zien voor de gesignaleerde radicalisering. Lees hieronder de brief in z'n geheel.
Geachte leden van de vaste Kamercommissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Op donderdag 6 februari spreekt u in een commissiedebat over een urgent thema, namelijk buitenlandse inmenging en beïnvloeding. Dit thema speelt ook een belangrijke rol bij het wetsvoorstel toezicht op informeel onderwijs. Door middel van deze brief informeren wij u graag over de uitkomsten van een rondetafelgesprek met experts over dit wetsvoorstel.
Wetsvoorstel informeel onderwijs ‘in het kort’
Staatssecretaris Mariëlle Paul wil kunnen ingrijpen als het op instellingen voor informeel onderwijs misgaat. Het gaat hierbij niet om het reguliere bekostigde onderwijs, maar om instellingen als bijlesinstituten, Chinese weekendscholen, koranscholen, jongerenverenigingen, zondagsscholen en scouting. Met het wetsvoorstel kunnen vermoedens van misstanden worden gemeld bij de Inspectie van het Onderwijs. Als de Onderwijsinspectie concludeert dat er een ‘redelijk vermoeden’ is dat de wet wordt overtreden, kan de Inspectie bij de instelling langsgaan en daadwerkelijk toezichthouden. Hiervoor is een uitspraak van een onafhankelijke adviescommissie nodig.
Grote maatschappelijke onrust
Het wetsvoorstel heeft geleid tot maatschappelijke onrust. Dat blijkt uit de grote hoeveelheid reacties (>2800) die zijn ingediend tijdens de internetconsultatie. Niet alleen hebben individuen zich in groten getale gemeld, ook een brede coalitie van religieuze en maatschappelijke organisaties heeft hun zorgen uitgesproken. Van het Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten tot het Onderzoekscentrum Jeugd, Kerk en Cultuur en van de koepel van islamitische organisaties CMO tot Scouting Nederland: er klinkt een eensgezinde oproep om het wetsvoorstel van tafel te halen.
Uitkomsten rondetafelgesprek 27 januari 2025
Met het oog op de inhoudelijke bezwaren en deze maatschappelijke onrust organiseerden CIO, MissieNederland, Verus en VGS een rondetafelgesprek over het wetsvoorstel. Het gesprek vond plaats op maandagmiddag 27 januari. Een aantal deskundigen sprak, op uitnodiging van ChristenUnie, CDA en SGP, in de Tweede Kamer over het wetsvoorstel . De deskundigen, hoogleraren Beatrice de Graaf, Paul Frissen, Sophie van Bijsterveld en Renée van Schoonhoven, waren het met elkaar eens: het wetsvoorstel zoals dat nu voorligt, schiet zijn doel voorbij.
Richt je op radicalisering
Vanwege de insteek van uw commissiedebat (buitenlandse beïnvloeding en inmenging) vragen we in het bijzonder aandacht voor de inbreng van prof. dr. Beatrice de Graaf, die toezicht op informeel onderwijs vanuit een veiligheidsperspectief benaderde. Direct hieronder leest u de kern van de boodschap van de bestuurders van de organiserende partijen van het rondetafelgesprek, de inbreng van prof. dr. Beatrice de Graaf en als afsluiting de conclusie van prof. dr. Sophie van Bijsterveld.
Door Martine Versteeg directeur van Missie Nederland, Mark Buck bestuursvoorzitter van Verus en Jan Willem de Leeuw bestuurder van VGS werd de grote waarde van informeel onderwijs benadrukt. Jaap Smit de voorzitter van het Interkerkelijk Contact in Overheidszaken (CIO) voegde toe dat „we” de durf moeten hebben om aan te wijzen waar het echte probleem zit.
Beatrice de Graaf legde uit dat de democratische orde wereldwijd, en ook in Nederland, onder druk staat. Radicalisering en extremisme rukken op, juist en ook onder jongeren en kinderen. Het OM en de Raad voor de Kinderbescherming maken zich grote zorgen over deze zogenaamde 'tienerterroristen' en trokken de afgelopen maanden diverse keren aan de bel. Het gaat om jihadistische radicalisering, maar ook om rechtsextremisme, vrouwenhaat (eerwraak) en potentieel gewelddadige vormen van haat zaaien. Nu is het niet zo dat het formele of het informele onderwijs haarden van radicalisering zijn. Maar, aangezien de dreiging overal te zien is waar kinderen samenkomen, kan ook niet gezegd worden dat het níet op de scholen of in het informele onderwijs voorkomt. Daar waar jongeren bij elkaar komen, komen de online en de offline wereld ook bij elkaar.
Gegeven deze ontwikkelingen kan het te rechtvaardigen zijn om toezicht en handhaving uit te oefenen op broedplaatsen van radicalisering en plaatsen waar de democratische rechtsorde niet wordt uitgedragen. Dit betekent volgens De Graaf dus niet het invoeren van toezicht op het gehele informeel onderwijs. Volgens haar gaat het om de balans tussen bescherming van het formele en informele schoolsysteem, die biotoop waarin kinderen zo goed gedijen – en een betere bescherming tegen de bedreiging door de radicalisering en de anti-integratieve tendensen die zich in de marges wel degelijk voor doen.
Beatrice de Graaf pleit er dan ook voor om met het oog op de bescherming van kinderen te bezien welke mogelijkheden de Raad voor de Kinderbescherming heeft om op te kunnen treden. De Raad voor de Kinderbescherming heeft zich eerder al over radicalisering uitgesproken en heeft bovendien expertise in huis. Ze kan bijvoorbeeld ambtshalve een beschermingsonderzoek starten, nadat ze signalen krijgt. Bovendien werkt de Raad met een strakker helderder omlijnde definitie van ‘radicalisering’ dan de begrippen in genoemd wetsvoorstel.
Sophie van Bijsterveld concludeert na 6 inhoudelijke punten -waaronder grondslag en normstelling- te hebben uitgewerkt: “Met dit alles is het voorstel - ook los van het perspectief van godsdienstvrijheid – geen adequate oplossing voor het probleem waarom het gaat.”
Tot slot
Wij verzoeken u om bovenstaand perspectief mee te nemen in uw bespreking. Eventuele vragen beantwoorden wij graag.
Met hartelijke groet,
Jaap Smit, voorzitter CIO
Martine Versteeg, directeur MissieNederland
Mark Buck, voorzitter college van bestuur Verus
Jan-Willem de Leeuw, voorzitter college van bestuur VGS
Meer informatie:
· Dossier Wetsvoorstel Toezicht informeel onderwijs