MissieNederland en de Raad van Kerken hebben het thema en het beeldmerk van de volgende Week van Gebed voor de eenheid van christenen (15-22 januari 2017) bekendgemaakt. De gebedsweek zal volledig in het teken staan van verzoening en terugblikken op 500 jaar Reformatie. Met de slogan ‘Jouw hand, mijn glimlach’ maken de organisaties het thema concreet.
Willem Smouter, voorzitter MissieNederland: “Het is vijfhonderd jaar geleden dat een vernieuwingsbeweging in de kerk een naam en een gezicht kreeg: Maarten Luther kaartte 95 stellingen aan en dat werd het begin van de Reformatie. Voor Luther was de verzoening met God door het bloed van Jezus Christus de kern. Het is tragisch dat dit belangrijke besef toch een scheur door de kerk is geworden. Zou dat nu anders kunnen? Dat is de focus van de Week van Gebed.”
De Duitse kerken hebben dit jaar het internationale materiaal voorbereid en daarin het thema ‘verzoening’ centraal gesteld. Stap voor stap volgt de tekst Paulus’ woorden over de liefde van Christus die ons drijft (2 Korintiërs 5 vers 14-20). Dirk Gudde, voorzitter Raad van Kerken: “We bidden dat deze drijfveer de verdeeldheid overstijgt en christenen bijeen brengt.”
Van rooms-katholiek tot evangelisch
Juist in de Nederlandse projectgroep, die bestaat uit een brede vertegenwoordiging van de kerk: van rooms-katholiek tot protestant, van doopsgezind tot evangelisch krijgt die eenheid handen en voeten, zegt Dorina Nauta, projectleider Week van Gebed bij MissieNederland. “We werken zeer nauw samen bij het samenstellen van het materiaal. Ook lokaal zien we een steeds groter verlangen om kerkbreed elkaar op te zoeken en samen te bidden. Dat is echt een getuigenis van de liefde van Christus die ons drijft.”
Over de slogan en het beeldmerk: “Elkaar een hand geven is het beeld van verzoening, je maakt het weer goed. Als je een hand geeft is er fysiek weer contact en dat lokt een reactie uit, bijvoorbeeld een glimlach. De slogan laat ook zien dat verzoening van twee kanten komt. Het is aan ons om te reageren als iemand ons de hand reikt.”