1 januari 2015 vindt één van de grootste systematische bezuinigingsoperaties van de afgelopen tijd plaats. Negatief gezegd: de landelijke overheid kiepert dan een groot deel van de zorg over de schutting bij de gemeenten. Deze krijgen ongeveer twee keer zoveel taken met maar anderhalf keer zoveel geld. Van burgers wordt verlangd dat ze gaan participeren.
Deze ontwikkeling is niet alleen een zorg, maar ook een kans voor christenen. Zorgen voor elkaar is één van de grondwaarden van de Bijbel en één van de kenmerken van de eerste gemeente. Florence Nightingale was christen en de eerste ziekenhuizen waren christelijke ziekenhuizen. Waar zijn we dat kwijt geraakt? Hoe kon het gebeuren dat we al die prachtige instellingen uit handen hebben gegeven, zodat ze van ons zijn weg gegroeid? Aan de andere kant: kunnen en moeten we dat wel weer proberen terug te draaien? Wat moet de rol van de Kerk zijn?
In de gelijkenis van de Barmhartige Samaritaan wordt de aandacht vaak gevestigd op het slachtoffer (neutraal), de geestelijke leiders (negatief) en natuurlijk die ‘allochtoon’ die zomaar door het beeld komt ‘fietsen’ (positief). Eén persoon blijft echter buiten beeld: de herbergier. Hij is niet de hulpverlener, maar zonder zijn (langdurige) bijstand en opvang, ‘er gewoon zijn voor de ander’, zou het slachtoffer nog verloren zijn geweest.
Dat is volgens mij de rol die de kerk zou moeten pakken: die van herbergier. Ze heeft daarvoor alles wat nodig is:
- Mensen die Gods liefde willen laten zien
- Een goede organisatie: overal vind je kleine gemeenschappen van volgelingen van Jezus Christus
- Goed ‘materiaal’: de kracht, vrucht en gaven van de Geest
Een mooi voorbeeld hiervan vind ik de SchuldHulpMaatjes: mensen die de extra mijl gaan, die de formele (schuld)hulpverlening niet kán gaan. Kerken hebben hier hun rol en kansen goed gezien en samen opgepakt. Goed voorbeeld doet goed volgen!